De dreiging van hoog pathogene vogelgriep (HPAI) uitbraken in pluimvee blijft onverminderd hoog. Verschillende pluimveebedrijven zijn besmet geraakt in de afgelopen jaren. Om meer inzicht te krijgen in het verloop en de overdracht van HPAI besmettingen; onderzocht Wageningen Bioveterinary Research (WBVR) de ziektesymptomen, virusuitscheiding en sterfte die optreden na infectie met recente H5 virussen.
Pathogeniciteit vogelgriep
Uit het onderzoek blijkt dat een infectie met het HPAI H5N8-2014, H5N8-2016 of H5N6-2017 virus aanzienlijk verschilt tussen kippen, eenden en smienten. De pathogeniciteit (ziekteverwekkend-vermogen) van de virussen voor kippen is hoger dan die voor eenden en smienten. Ook suggereren de resultaten dat de pathogeniciteit van HPAI H5-virussen en de virusuitscheiding voor eenden evolueert; wat gevolgen kan hebben voor het risico van introductie van deze virussen in de pluimveesector.
Vogelgriep virus makkelijk overdraagbaar via water
In het onderzoek werd ook veel meer virusuitscheiding gezien voor eenden en smienten; geïnfecteerd met de virussen uit 2016 en 2017, dan voor het virus uit 2014. Besmette wilde vogels (zoals smienten) kunnen het virus op pluimveebedrijven introduceren via vogelpoep. Hoe meer virus aanwezig is in vogelpoep, hoe makkelijker het virus dus kan worden overgedragen op pluimvee. Dit onderzoek laat ook zien dat het virus lang kan overleven in water, meer dan een week. En dat kippen makkelijk besmet kunnen raken door het drinken van water dat is besmet met vogelpoep.
Onderzoek factoren HPAI-virussen
WBVR doet verder onderzoek naar de (genetische) factoren die de pathogeniciteit van HPAI-virussen bepalen. Meer inzicht in de karakteristieken van HPAI-virussen kan bijdragen aan preventie van uitbraken in de toekomst.
Bron: WUR