Afgelopen voorjaar namen de gebroeders Huizinga in Tzummarum een Apollo Generation II kippenlaadmachine in gebruik. Het bedrijf heeft nu 275.000 1 Ster Beter Leven-vleeskuikens in tien stallen verdeeld over drie locaties. Jaarlijks worden, in eigen beheer, maar met hulp van pluimveevangbedrijf Van der Veen op het bedrijf 1,6 miljoen vleeskuikens geladen. Dit gaat nu allemaal machinaal. Zowel Huizinga als Van der Veen zijn erg te spreken over de machine.
“We hebben er op dit moment zestien stallen mee geladen en dat gaat heel goed, vertelt Rienk Huizinga over de vangmachine. De reden dat Huizinga is overgegaan op machinaal vangen is tweeledig. “De eerste reden is dat het voor vangploegen steeds lastiger wordt om aan mensen te komen. Daarnaast hoor je steeds meer geluiden over een verbod op de pootvangmethode. Dan blijft er maar één ding over en dat is machinaal vangen.”
Mooi rustig laden
De pluimveehouders zochten een degelijke machine die de kuikens op een zo diervriendelijk mogelijke methode laadt. “Wij zijn elke ronde 56 dagen bezig met dierwelzijn. Dan moet dat op de laatste dag ook goed zijn”, vertelt Rienk Huizinga, die samen met zijn broer al sinds 2012 vleeskuikens houdt volgens het Beter Leven 1 ster-concept. “Het laden moet mooi rustig gaan. De kuikens moeten niet als een raket door de machine gaan.”
In drie loopjes klaar
De gebroeders Huizinga kozen voor een Apollo Genation II van RieVo met een werkbreedte van negen meter en een zestig centimeter brede doorvoer. De stallen van Huizinga zijn gemiddeld 25 meter breed en honderd meter lang. “De vangploeg begint aan de kant met een baan van negen meter en doet daarna twee banen van 7,5 meter. Zo zijn ze in drie loopjes klaar”, vertelt Huizinga. De vleeskuikenhouder was wel benieuwd hoe het zou lopen met de Apollo II bij de Beter Leven 1 Ster kuikens. Deze kuikens lopen meer dan reguliere kuikens. De vraag was of ze zich daardoor wel makkelijk door de machine zouden laten laden. Dit gaat echter prima. Uit voorzorg wordt er wel voor gezorgd dat het zo donker mogelijk is in de stal.
Huizinga is blij met de Apollo II
Huizinga is content met de machine. “Het laden gaat goed. Qua letsel zie ik bij ons in de eerste ronde die geladen is geen verschil. Zowel bij met de hand gevangen kuikens als machinaal gevangen kuikens zaten we op 1.2 procent. Maar je hoort van andere bedrijven ook wel eens uitschieters naar drie of vier procent bij handmatig laden. Dan kan machinaal vangen voor verbetering zorgen. Hoe dan ook is de machine economisch gezien aantrekkelijk voor ons. De laadkosten zijn bij ons van 5,5 naar drie cent per opgehokt kuiken gegaan. Voor ons is het dus wel rond te rekenen. We zijn een relatief groot bedrijf. Wij hebben meerdere grote stallen die zich allemaal binnen een straal van 2,5 kilometer bevinden. Met de eigen dieplader vervoeren we de machine gemakkelijk. Deze omstandigheden gaan echter niet voor elke vleeskuikenhouder op. ”
Vangploeg laadt 20-35 procent machinaal
Het laden van de kuikens bij de gebroeders Huizinga wordt verzorgd door Pluimveevangbedrijf Van der Veen. Dit bedrijf heeft al veel ervaring met vangmachines. Eigenaar Lammert van der Veen schat in dat zijn vangploegen momenteel dertig tot 35 procent van de geladen kuikens met hulp van een vangmachine laden. “Wij zijn ooit zelf gestart met een Apollo. We waren hier erg tevreden over, maar vanwege het risico op insleep van dierziekten was het niet heel comfortabel. Nu zien we dat onze grotere klanten zelf één of meer vangmachines aanschaffen, die onze jongens dan bedienen.”
Slechts 4 man nodig
Lammert Van der Veen is een groot voorstander van automatisch laden. “Allereerst omdat ik veel minder mensen hoef in te plannen. Want die zijn er amper te krijgen. Voor handmatig laden plan ik acht man in. Voor machinaal laden slechts vier man. Eén man voorop, twee achterop de machine en één die eromheen loopt voor de hand- en spandiensten en om hier en daar eens een los kippetje op te pakken. Na anderhalf uur neemt de vierde man even pauze, waarbij de jongens op de machine gewoon doorgaan. Daarna wisselen ze elkaar op de machine af.” Van belang is dat de medewerkers op de machine goed op elkaar ingespeeld zijn. “Het is teamwork. Als dat goed loopt, hoef je bijna niet aan de kuikens te komen. De jongen voorop moet bijvoorbeeld op tijd in de gaten hebben dat hij de snelheid moet aanpassen. Dit vraagt goede communicatie.”
Rust in de stal
Een ander groot voordeel is volgens Van der Veen de rust in de stal. “Je hebt minder mensen en minder geloop. De machine rijdt rustig door de stal. De kuikens ondervinden amper stress.” Wat ook speelt is het verbod op bij de poten pakken dat boven de markt hangt. “Als dit op een gegeven moment niet meer mag en je moet alles rechtop laden, dan gaat handmatig laden heel veel meer tijd kosten. Ik voorzie daarom dat de komende jaren veel grotere vleeskuikenbedrijven overgaan op automatisch laden.” Van der Veen merkt ook dat de vangmachine positief uitpakt op de kwaliteit. “Op dit moment worden er geen dieren die met de machine geladen zijn afgekeurd op breuk van poten of borst. Dat is belangrijk met het oog op de toekomst. Per 31 december 2013 moet dit aantal onder de één procent zijn.”
RieVo
De Apollo Generation II is geleverd door RieVo. De machine is een doorontwikkeling van de laadmachine waar RieVo zo’n twintig jaar geleden mee startte. De dieselmotor zorgt voor de voortbeweging van de machine en drijft via hydrauliek de transportbanden aan. Voorop de machine staat één man. Hij bepaalt de rijsnelheid en houdt de transportbanden in de gaten. Achterop staan de mannen die de lades vullen tot een vooraf ingesteld gewicht, afhankelijk van de container tussen 45 en 160 kilogram per lade. Huizinga heeft de zogenaamde Atlas-container met grote lades, wat volgens de pluimveehouders ideaal is voor de vangmachine. Als het ingestelde gewicht bereikt is, stopt de machine automatisch. De shovel haalt de volle containers eraf en zet lege containers weer terug. Zo gaat het laden rustig, maar gestaag door.
Van der Veen heeft de Apollo de afgelopen jaren stukje bij beetje zien verbeteren. “Wij zijn er vanaf het begin af aan al blij mee. Maar in de loop van de tijd zijn de machines gaandeweg steeds beter geworden. Hier werken we zelf ook aan mee. Zien wij in de praktijk dingen die beter kunnen, dan sluiten we dat kort met RieVo. Een voorbeeld van iets dat verbeterd is? Aanvankelijk stopte de machine abrupt als hij aan de kilo’s zat. Daar was niet goed voor de kippen. Nu is het zo gemaakt dat de machine langzaam afremt als hij aan zijn gewicht zit. Dat werkt een stuk prettiger. Al met al zijn wij er supertevreden over.”
Ontwikkeling staat niet stil
Bram Godrie van RieVo stond aan de basis van de doorontwikkeling van de Apollo II en geniet er nog altijd van als hij de machine weer verder kan optimaliseren. “Belangrijk bij het machinaal laden is dat de eerste tot en met de laatste kip op dezelfde manier wordt geladen”, geeft hij zijn visie. “Bij handmatig laden gaat dit vaak niet op. Zeker niet als vermoeidheid zijn tol gaat eisen. Dat is niet gek als er per persoon 20 ton kip door de handen gaat. Dan kan het vangen onnauwkeuriger gaan. De eerste vrachtwagen wordt snel en netjes geladen. Verderop gaat vermoeidheid een rol spelen. Bij machinaal vangen heb je daar geen last van. Het gaat niet sneller dan bij handmatig vangen, maar wel nauwkeuriger en constanter. Fysiek heb je ook veel minder te verduren. Als je achterop de machine staat, hoef je alleen maar lades dicht te doen en heb je een controlefunctie.”
Soft start-stop
Naast de soft start-stop heeft RieVo de afgelopen jaren nog een aantal verbeteringen doorgevoerd. “Er zijn nu nauwelijks abrupte overgangen in hoogte tussen de verschillende bandjes meer. Door de soft start-stop en doordat er geen abrupte overgangen meer zijn, hoeven de kuikens minder naar hun evenwicht te zoeken. Dan wapperen ze niet meer met de vleugels en daardoor voorkomen we beschadigingen. De banden zijn nu breder dan voorheen, zodat de doorstroom goed blijft, ondanks dat kuikens veel zwaarder zijn dan voorheen. Rechte hoeken zijn vervangen door rondingen, controlepanelen zijn IP69 afgewerkt en de stalen delen hebben zoveel mogelijk een opengewerkt ontwerp, waardoor het geheel nog beter schoon te maken is. Er zit een nieuwe computer op, wat nog meer mogelijkheden geeft voor data-analyse”, somt Godrie op. Om te kijken of de verbeteringen aan de machine resultaat opleveren, volgt hij vaak uitgebreid in de stal wat er gebeurt bij het vangen en bekijkt tot aan de slachtlijn wat het effect van de aanpassingen op de kwaliteit van het kuiken is.
Steeds meer belangstelling
Vanuit dierwelzijnsperspectief komt er steeds meer belangstelling voor de laadmachine. Toen vorig jaar de eerste geluiden over een verbod op de pootvangmethede ontstonden, stond bij RieVo de telefoon roodgloeiend. Zelfs dierwelzijnsorganisaties zijn positief over de machines van RieVo. “We kregen er vragen over van Eyes on Animals. Zij hadden totaal geen beeld bij het laden van kuiken. We hebben hen toen gewoon uitgenodigd om het laden te komen bekijken. Ze moesten het maar zeggen indien er volgens hen iets anders zou moeten. Ze hadden echter weinig op te merken.”
RieVo verkoopt de vangmachines wereldwijd. In het buitenland vooral aan integraties of vangbedrijven. In Nederland vooral aan grotere vleeskuikenbedrijven. “Er zijn nu al vleeskuikenhouders met twee of drie vangmachines. Een teken dat ze er tevreden over zijn. Degenen die de stap gemaakt hebben, willen niet meer terug”, besluit Godrie.
Tekst: Gerben Hofman
Beeld: RieVo BV