Klimaatmonitoring in de stal wordt steeds belangrijker. Dit geldt voor alle pluimveehouders, maar vooral voor de bedrijven die werken in het reguliere segment. Bij Kuikenbroederij van Hulst in Veldhoven maken ze gebruik van het uitgebreide data-analyse systeem dat NestBorn biedt. Door middel van loggers in de stal wordt per koppel en per ronde waardevolle informatie verzameld.
Harry van Hulst is in de jaren vijftig van de vorige eeuw begonnen met zich te specialiseren in pluimvee (opfok en moederdieren). Begin jaren zestig werden de eerste broedmachines aangeschaft en in 1985 stapten ook zijn twee zonen Frans en Ruud in het bedrijf. De huidige broederij is in 1995 gebouwd en vanaf dat moment is het bedrijf hard gegroeid, mede door enkele productieovernames. Sinds 2007 is het onderdeel van Belgabroed, de huidige BHV broederijgroep. In 2018 werd Moonen & Wagemans kuikenbroeders overgenomen.
Real time monitoring
Jan Minten is sinds begin dit jaar directeur bij Van Hulst en Moonen & Wagemans. Gezamenlijk worden daar ongeveer 1,4 miljoen eieren per week uitgebroed. “De personen achter BHV zijn ondernemers pur sang en timmeren ook in het buitenland hard aan de weg. We zijn drie jaar geleden begonnen met NestBorn, vroege voeding en data loggen. We merken dat bedrijven, die werken met reguliere kuikens, betere technische resultaten voorleggen als er real time gemonitord kan worden wat er in de stal gebeurt.”
Tijdens de achttiendaagse incubatie en de drie dagen in de uitkomstkasten wordt er voortdurend aan klimaatbeheersing gedaan. Dat proces wordt met plaatsen van Ovoscans (draadloze loggers) voortgezet op boerderijen, die kiezen voor het uitkomen in de stal middels NestBorn. Minten: “De klimatologische omstandigheden van de uitkomstkasten worden door middel van Ovoscans en stalcomputers nagebootst in de stal. Door op stalniveau te sturen verhogen we het rendement voor de pluimveehouders. Uiteindelijk zorgt dat voor een verbeterd kuikenwelzijn, robuustere kuikens, minder antibiotica verbruik, een betere voerconversie, minder voetzoolletsels en een beduidend lagere ziektedruk. Enterococcen, kreupelheid en dergelijke. En dat leidt weer tot minder uitval.”
Stalscans
Rens Peeters is namens de BHV broederijgroep (Belgabroed, Van Hulst & Vervaeke-Belavi) operationeel verantwoordelijk voor het NestBorn-concept en begeleidt vanuit die functie pluimveehouders, die van deze loggers gebruikmaken. “Iedereen wil de kuikens zo optimaal mogelijk laten uitkomen. Klimaatmonitoring is dan heel belangrijk. Aanvullend op de traditionele Ovoscans die tijdens de incubatieperiode worden gedaan, voeren wij ook metingen in de stal uit.”
Die metingen worden ondersteund middels een Somobox, een systeem dat oorspronkelijk is ontwikkeld voor hoestmonitoring bij varkens. “De Somobox is een box, die voorzien is van een wifi-router en een simkaart. De box wordt gedurende de uitkomst opgesteld in het voerlokaal. De Ovoscan-metingen, die gemaakt worden van de eierschaaltemperatuur, worden via Bluetooth doorgezonden naar de Somobox en deze stuurt dan de gegevens via het internet naar het beveiligde platform My Nestborn. De pluimveehouder kan hierdoor op elk moment, vanaf elke locatie zien wat de temperatuur is van zijn eieren in de stal.”
Lucht, vocht en CO2
Naast de eierschaaltemperatuur logt de Somobox nog een drietal parameters: luchttemperatuur, vocht en CO2. “De Ovoscans worden op acht verschillende plaatsen door de stal heen geplaatst en per Ovoscan worden er vier eieren gemonitord (evenals de luchttemperatuur). Los van temperaturen worden ook de luchtvochtigheid en de CO2 waarden gemeten via een bijkomende logger”, aldus Peeters.
Code rood, geel en blauw
De Ovoscans worden op hetzelfde moment als de eieren in de stal geplaatst. Nadat de eieren en Ovoscans geklimatiseerd zijn (na ongeveer twee uur) begint het monitoringsproces. Peeters: “Als een ei te koud is, komt er een blauwe pop-up op de monitor, rood als het te warm is en geel als de temperatuur optimaal is. Doordat er een totaaloverzicht wordt gegeven kan er snel en effectief bijgestuurd worden op de staltemperatuur om zodoende de klimatologische omstandigheden per stal direct weer te optimaliseren.”
In principe is het systeem in elke stal te implementeren. Wel wordt er vooraf een stalcheck uitgevoerd en soms worden (oude) stallen, waar goede klimaatbeheersing door slechte ventilatie en/of isolatie vrijwel onmogelijk is, afgewezen. Als enige aanvullende eis stelt de broederij dat de pluimveehouder met vijf centimeter strooisel gaat werken op de plekken waar de eieren door de NestBorn overlegmachine geplaatst worden. “Wij vragen niet veel aan de pluimveebedrijven die met ons samenwerken. Een voorverwarmde stal – met een vloer van maximaal 28 graden – als de eieren worden gebracht en een strooiselbed van vijf tot 6 centimeter zodat er geen kou van onderaf bij de eieren kan komen.”
Schommelstoel
Deze richtlijnen vormen het startpunt van een stalproces dat door middel van maatwerk nauwlettend wordt gevolgd door Peeters en zijn collega’s, maar dat betekent niet dat de pluimveehouders achterover kunnen leunen in de schommelstoel. Minten: “We proberen altijd het maximale eruit te halen voor al onze klanten, maar we zijn daarbij afhankelijk van het vakmanschap van de pluimveehouder zelf. Wij kunnen de bedrijven faciliteren met allerlei tools, maar de pluimveehouder moet zelf het werk verrichten, de data goed analyseren en tijdig bijsturen. De verantwoordelijkheden zijn goed gedefinieerd.”
Het past volgens Minten ook bij de ontwikkelingen op het gebied van wetgeving en handhaving. “Over vijf jaar moeten alle kuikens over vroege voeding – water en voer – kunnen beschikken. Met het Klimaatmonitoring Platform en NestBorn lopen we vooruit op die wetgeving en dat is wat de pluimveesector in Nederland zo sterk maakt: wij wachten niet af, maar pakken problemen aan zodra ze zich voordoen.”
Tekst: Richard Bender
Foto’s: NestBorn
Meer informatie over Kuikenbroederij van Hulst?
Tel.: 040- 253 27 32