De brexit is niet louter kommer en kwel. Een interessante minderheid van bedrijven ziet juist kansen. Dat is omdat ze denken omzet af te kunnen snoepen van kleinere concurrenten, of omdat ze al ervaring hebben met WTO-handelsregels. Enkele bedrijven denken direct te kunnen profiteren van een mogelijke versoepeling van de Britse regels na een brexit.
Dat komt naar voren uit een enqu?te die de Kamer van Koophandel (KvK) eind vorig jaar hield onder Nederlandse ondernemers met handels- of investeringsbelangen in het Verenigd Koninkrijk. De KvK gebruikt deze resultaten voor zijn Brexit Barometer. Bijna een kwart (23%) van alle bedrijven die handel drijft met of investeert in het Verenigd Koninkrijk (VK), beoordeelt zijn eigen zakelijke vooruitzichten na een brexit als ‘goed’ tot ‘zeer goed’.
ABN AMRO heeft de enqu?teresultaten bestudeerd. Hoewel het aantal ondervraagden relatief klein is (271 bedrijven deden mee) denken we toch een aantal conclusies te kunnen trekken.
Wie zijn deze optimisten?
Grote bedrijven met kleinere concurrenten
Van de acht grootbedrijven die reageerden, zien er vijf de post-brexit-toekomst zonning is. Dat komt neer op 63%. Hoe komt dit? "Grote bedrijven denken dat de brexit hen een concurrentievoordeel geeft ten opzichte van kleinere bedrijven", zegt KvK-onderzoeker Marco van Hagen. "Bovendien hebben ze zich over het algemeen beter voorbereid op wat komen gaat dan kleinere bedrijven". Maar ook onder de kleinere bedrijven, waaronder veel micro-mkb'ers, bevinden zich veel 'optimisten'. "Zij hebben zich weliswaar veel minder goed voorbereid op een brexit, maar omdat ze momenteel conjunctureel de wind in de rug hebben, zijn ze relatief optimistisch", aldus Van Hagen.
Ondernemers met handelsrelaties buiten de EU
Ondernemers die al zaken doen met landen buiten de EU, hebben een kennisvoordeel wanneer een ‘harde’ brexit volgt. In dat geval worden de regels van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) de norm voor grenscontroles en importheffingen. Het zijn niet toevallig vooral grotere bedrijven die hier voordeel van denken te hebben. “We hebben nu veel kleine concurrenten die allemaal vanuit Nederland exporteren. Komt de brexit, dan gaan wij onze klant in het Verenigd Koninkrijk direct vanuit China aanleveren”, zo verwoordt een geënqu?teerd groothandelsbedrijf het. “De meeste concurrenten hebben te weinig omzet om dat ook te doen. Wij denken daardoor meer omzet te krijgen, waardoor we nog concurrerender kunnen worden.”
Vrijdenkers
Een aantal bedrijven dat zich klemgezet voelt door de omvangrijke regulering en wetgeving die ‘Brussel’ aan de lidstaten oplegt, denkt te kunnen profiteren van de aanwezigheid van een nabije markt waar de kaders mogelijk ruimer worden. Een tuinbouwer uit de enquête ziet in dit licht concrete kansen: “In het Verenigd Koninkrijk komen wellicht bestrijdingsmiddelen beschikbaar die in de EU verboden zijn. Daarmee is het mogelijk met minder ziektes te kweken en dus zullen we daar meer planten laten kweken.”
Producenten gevoeliger voor brexit-impact dan dienstverleners
Op verzoek van ABN AMRO vroeg de KvK aan de ondernemers om aan te geven welke gevolgen ze van de brexit verwachten in relatie tot het type product of dienst dat ze aanbieden. Hieruit blijkt dat ondernemers die louter producten verkopen relatief vaak verwachten dat een brexit een betrekkelijk grote impact op hun bedrijf gaat krijgen. Leveranciers een combinatie van een product en een dienst aanbieden, denken minder beïnvloed te worden door een brexit. Denk bij die laatste categorie aan een leverancier van een voedselverwerkingslijn die daarna zelf het onderhoud aan de machines blijft uitvoeren. Of een reisaanbieder die boekingen verzorgt en vervolgens zelf de tenten of chalets uitbaat.
Handelaren iets minder somber dan investeerders
De enqu?te van de Kamer van Koophandel schetst, zoals te verwachten was, per saldo een somber ondernemersbeeld over de brexit. Wel zijn bedrijven die louter een handelsrelatie met Britse bedrijven onderhouden, wel iets minder negatief over het post-brexit-tijdperk dan investeerders in Britse bedrijven, hoewel het aantal respondenten onder deze laatste groep klein is. Vrij vertaald: Nederlandse bedrijven denken dat het na een brexit minder aantrekkelijk zal zijn om een eigen Britse dochteronderneming te bezitten.
Verder zijn importeurs ongeveer even somber over de brexit als exporteurs, zoals uit de enquête blijkt. Onze verwachting was dat importeurs duidelijk positiever gestemd zouden zijn vanwege het vooruitzicht op een goedkopere pond sterling en een duurdere euro. Hoewel importeurs wel menen dat de waarde van hun importen relatief weinig schade zal lijden, voorzien ze wel degelijk een sterke terugval in het aantal orders vanuit het VK.
Handelsgeest
Gelukkig zien niet alle bedrijven ‘doom and gloom’ aan de horizon, zo concludeert ABN AMRO naar aanleiding van de enquêteresultaten. Er blijken verrassend genoeg ondernemers te zijn die een optimistische kijk op de zaken hebben. Ze zien juist marktkansen waar andere bedrijven slechts onheil verwachten. Ook voor de somberaars gloort er mogelijk enige hoop, mits ze hun ware aard maar tonen. Want, zoals een zakelijke dienstverlener het in de KvK-enquête verwoordt: “Het wordt voor alle bedrijven uit de hele EU lastiger om zaken te doen met het VK. Ik ga ervan uit dat Nederlandse bedrijven met hun Nederlandse handelsgeest hier juist garen bij kunnen spinnen en er hun voordeel mee kunnen doen.”
Bron: ABN AMRO