Hans Brinke, eigenaar van pluimvee- en melkveebedrijf De Gunnink, onthulde afgelopen week zijn gloednieuwe en zeer bijzondere stal die hij liet bouwen. Het gaat om een zogenaamde boogstal – naar eigen ontwerp – die ruimte zal gaan bieden aan 15.000 biologische leghennen. Pluimvee Actueel zocht de trotse eigenaar van deze pas opgeleverde bezienswaardigheid op en sprak met hem over dit bijzondere concept.
De belangstelling tijdens de open dag was enorm en het enthousiasme groot voor het project op pluimveebedrijf De Gunnink in het Drentse Orvelte. Leghennenhouder Hans Brinke kreeg niet eens de kans om alle (ruim 300!) aanwezigen de hand te schudden. De tien meter brede boogstal die hij liet bouwen, is in Nederland dan ook nog relatief nieuw. Brinke wist er slechts één te vinden, in de Noordoostpolder, om tijdens zijn oriëntatiefase te bezoeken. “Dit terwijl het ontwerp in Frankrijk en andere landen al langer zeer populair is. En terecht, want het is niet alleen mooi; het is ook enorm praktisch”, aldus de trotse eigenaar van het gebouw.
Een boogstal bevat veel minder materiaal dan een gewone stal, waardoor hij snel is op te bouwen en af te breken. De materiaalkosten zijn dan ook lager dan die van een traditionele stal. En de bouw duurde – inclusief de 2.5 meter brede wintergarten aan beide zijden én het Jansen Poultry Equipment volièresysteem – slechts twintig weken. En daarbij koste het uitharden van het beton en wachten op materiaal nog de meeste tijd! “Maar het is ook niet zo dat het de helft scheelt”, relativeert Brinke, “Uiteindelijk heb ik samen met ID Agro, die de stal voor mij ontwikkelde, besloten dat alles toch iets steviger en mooier moest. Ik ben zeer tevreden met het resultaat, maar daarmee werd de besparing natuurlijk wel aanzienlijk minder.”
“Ook mijn buren zijn tevreden: ze behouden hun uitzicht, terwijl het toch een gigantische stal is”
Maar Brinke is vooral blij met de enorme inhoud die op deze manier gecreëerd is, terwijl de stal toch een zeer bescheiden uiterlijk heeft. Door de vriendelijke vorm en doordat de zijmuren slechts 2.40 meter hoog zijn, valt het gebouw als het ware weg in zijn omgeving. Dit terwijl de stal in het midden toch 6,2 meter hoog is. “Mijn buren zijn tevreden, omdat ze veel van hun uitzicht behouden, terwijl het toch een gigantische stal is, met een lengte van maar liefst 116 meter”, vertelt hij glimlachend.
De grote inhoud van stal is vooral bedoeld om het klimaat te verbeteren. Hoe meer 'holle ruimte' zich boven de dieren bevindt, des te beter het vocht zich tijdens warme dagen kan verdelen. “Hierdoor blijft het veel langer comfortabel aanvoelen. Dat is prettig voor mij, maar vooral ook voor mijn kippen”, legt Brinke uit. Hij verwacht dan ook dat de verbetering van het dierenwelzijn hem een hogere productiviteit zal opleveren: “Als ze per ronde vijf eieren meer leggen, dan was deze investering zeer de moeite waard.”
“Als ze per ronde vijf eieren meer leggen, dan was deze investering zeer de moeite waard”
Door de grote hoeveelheid zogenaamde 'bufferlucht' is kunstmatig ventileren hopelijk bijna niet nodig. In het uiterste geval kan Brinke terugvallen op de vijf Fancom ventilatoren (één per afdeling van 3000 kippen), die bovenin de stal zijn geplaatst. Deze zullen automatisch aanspringen, als – tijdens de warmste zomerdagen – de meetwaaier in de nok te weinig luchtverplaatsing meet. De leghennenhouder vermoedt echter dat dit maar een paar dagen per jaar nodig zal zijn.
“Iedereen die een vrije uitloop – of biologische leghennenhouderij wil starten op een nieuwe locatie, zou een boogstal moeten overwegen”
De enige zorg die Brinke heeft, is of de ruimte op extreem koude dagen wel warm genoeg zal zijn voor de 15.000 biologische leghennen. Hoewel de boogstal door ID Agro goed geïsoleerd is, zal het wellicht lastig zijn voor de kippen de enorm grote ruimte warm te houden. “Dat wordt dus nog even spannend”, laat Brinke lachend weten: “Gelukkig is de Brown Nick een hard ras dat goed in de veren zit.” Hij blijft dan ook onverminderd enthousiast over zijn boogstal: “Als je al een traditionele stal hebt staan, zal het misschien lastig worden de welstandcommissie te overtuigen.”
Maar iedereen die een vrije uitloop – of biologische leghennenhouderij wil starten op een nieuwe locatie, zou een boogstal moeten overwegen.”