Het toezicht van Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) rondom de fipronilzaak was niet adequaat. Helaas betekent het niet dat de Staat onrechtmatig heeft gehandeld. Dat blijkt uit de uitspraak in het hoger beroep dat LTO Nederland/NOP en 111 pluimveehouders in samenwerking met de NVP tegen de Staat hebben ingesteld.
De pluimveesector is teleurgesteld over de uitspraak. LTO Nederland/NOP gaat de uitspraak bestuderen voordat zij beslist of en welke vervolgstappen wenselijk zijn.
Grote schade
In de zomer van 2017 werd Nederland opgeschrikt door de fipronilcrisis. Door heel Europa zijn Nederlandse eieren uit de schappen gehaald. In Nederland zijn pluimveehouders door de NVWA geblokkeerd. Honderden miljoenen eieren zijn vernietigd maar ook miljoenen kippen werden geruimd. De pluimveesector heeft daardoor grote schade opgelopen.
Vertrouwen
“Deze uitspraak is heel teleurstellend”, aldus Kees de Jong, voorzitter Pluimveehouderij bij LTO Nederland/NOP. “Het is voor ons belangrijk om er op te kunnen vertrouwen dat onze toezichthouder in actie komt als daar reden toe is. We gaan ons nog beraden over deze uitspraak en bekijken wat we nog kunnen doen. Tegelijkertijd willen veel pluimveehouders dit boek nu voor eens en altijd sluiten.”
Niet adequaat gereageerd
De fipronilzaak draaide om de vraag of de NVWA rechtmatig handelde door niet actie te komen terwijl de toezichthouder al in november 2016 wist van het illegale gebruik van fipronil door Chickfriend, dat fraudeerde zonder dat de getroffen pluimveehouders daarvan op de hoogte waren. De onafhankelijke Commissie Sorgdrager, die onderzoek deed naar de crisis en de borging van voedselveiligheid, constateerde eerder al dat de NVWA niet adequaat gereageerd had op de signalen over het gebruik van fipronil.
NVWA heeft geen waarschuwingsplicht
De Staat werd in december 2017 gedagvaard, waarna de rechtbank in juli 2019 oordeelde dat de NVWA geen waarschuwingsplicht had, en dat de NVWA niet onrechtmatig had gehandeld door Chickfriend, zonder de sector te waarschuwen, hun gang te laten gaan. LTO Nederland/NOP is tegen dat oordeel in hoger beroep gegaan, in samenwerking met de Nederlandse Vakbond Pluimveehouders en 111 pluimveehouders. De partijen waren het niet eens met de eerste uitspraak van de rechtbank, en zetten vraagtekens bij delen van de onderbouwing daarvan.
Bron: LTO Nederland