Worminfecties kunnen de diergezondheid aantasten van uw pluimvee en de kwaliteit van uw eieren. Er kunnen daarom diergeneesmiddelen ingezet worden om worminfecties te bestrijden. Indien u besluit om wormenmiddelen in te zetten, let dan op de volgende vijf punten:
1. Vooraf overleggen met dierenarts
Overleg altijd vooraf met uw Geborgde Pluimvee Dierenarts de inzet en het toepassen van een wormenmiddel. De dierenarts kan na (mest)onderzoek inschatten in welke mate wormen een probleem zijn op uw bedrijf en welke diergeneesmiddelen effectief ingezet kunnen en mogen worden.
2. Zijn de wormenmiddelen toegestaan?
Zet alleen toegestane wormenmiddelen in. Let op: niet alle toegelaten wormmiddelen mogen bij pluimvee die eieren voor humane consumptie produceren toegepast worden. Het is op het moment van schrijven bijvoorbeeld verboden om diergeneesmiddelen die de werkzame stof levamisol bevatten in te zetten bij deze categorie pluimvee.
Bij het aantreffen van residuen van deze werkzame stof in uw eieren wordt de autoriteit geïnformeerd met alle mogelijke gevolgen van dien. NB: Bij niet-eierleggend pluimvee of andere diersoorten (bijvoorbeeld varkens) is deze werkzame stof wel toegestaan.
3. Lees de bijsluiter van de wormenmiddelen zorgvuldig
U bent voedselproducent. Lees daarom altijd zorgvuldig de bijsluiter van alle middelen die u inzet op uw bedrijf én houd u aan de bijsluiter bij het toepassen van een middel. Zo voorkomt u overschrijding van de Maximum Residue Level (MRL) in uw eieren.
4. Voorkom kruiscontaminatie
Voorkom kruiscontaminatie met uw pluimvee/eieren als u diergeneesmiddelen met bijvoorbeeld de werkzame stof levamisol toepast bij andere dieren (bijvoorbeeld varkens). Pas het middel zorgvuldig toe. Zorg ervoor dat er geen resten van het middel via de behandelde dieren, kleding, schoeisel, handen etc. bij uw hennen / eieren terecht kan komen.
5. Geef het door aan de afnemer
Indien er diergeneesmiddelen worden ingezet, geef dit altijd schriftelijk door aan uw afnemer.
Monitoren van wormenmiddelen
De legsector monitort zelf via het Programma Monitoring Kritische Stoffen (MKS) IKB Ei of er residuen van kritische stoffen aanwezig zijn in eieren. Kritische stoffen zijn verboden stoffen en stoffen boven MRL (Maximum Residu Level). Het programma monitort op een breed scala van stofgroepen, waaronder wormenmiddelen.
Bron: IKB Ei