Mijn naam is Stijn Peters, ik ben 23 jaar oud en ik kom uit Didam (GD). Vanaf jongs af aan ben ik al geïnteresseerd in de pluimveesector, met name in de vleeskuikenouderdieren (VKOD) sector. Op dit moment zit ik in mijn afstudeerjaar van de opleiding Varkens- en Pluimveehouderij aan de Aeres Hogeschool in Dronten. Voor het afstuderen ben ik o.a. bezig met het schrijven van mijn afstudeerwerkstuk.
Het onderzoek waar ik mijn afstudeerwerkstuk over schrijf is opgezet in samenwerking met ABZ Diervoeding en Wageningen University & Research (WUR).
Bezetting hanen
In de geschiedenis van de VKOD sector is veel aandacht geweest voor de selectie op groei, voederconversie en borstvlees aanzet bij de nakomelingen van deze dieren. Dit had consequenties op de bevruchtingsresultaten van de ouderdieren. Er was dan ook sprake van een negatieve trend in bevruchting en uitkomst van de broedeieren. Dit werd toen deels opgevangen door het percentage hanen t.o.v. de hennen steeds te verhogen tot dat de gewenste resultaten behaald werden. Dit werkte vooral in het eerste deel van de legperiode, maar bleek voor de tweede helft van de legperiode niet afdoende (leeftijd van >40 weken). Hierdoor werd er vaak gekozen om op dat moment de hanen te selecteren en de bezetting hanen d.m.v. het bijplaatsen van jonge hanen weer terug te brengen op 7-9%. Echter, het bijplaatsen van hanen kan nadelige gevolgen hebben voor de gezondheid en het welzijn van de dieren. Denk hierbij aan overbrenging van besmettelijke dierziekten (bijv. Mycoplasma Gallisepticum of salmonella). Ook zorgt het bijplaatsen van hanen voor extra onrust doordat de pikorde opnieuw bepaald moet worden tussen de hanen. Vandaag de dag is het gebruikelijk om bij aanvang van de productieperiode 9% hanen op te zetten. In de praktijk is al gebleken dat er met een lagere bezetting hanen dezelfde resultaten behaald kunnen worden t.a.v. bevruchting en uitkomst. Dit wil zeggen dat de optimale bezetting hanen met de tijd veranderd is.
Paargedrag
Het paargedrag van de ouderdieren verloopt dikwijls ruw. Dit ruwe paargedrag kan beschadigingen aan het verenpak en de huid van de hennen met zich mee brengen. Verder zorgt het ruwe paargedrag ervoor dat hennen zich terugtrekken op de beun en gaan schuilen in de nesten. Een groot gedeelte (90%) van de paringen bij VKOD zijn gedwongen paringen. De hen hoeft maar één keer in de week te paren om vervolgens zeven bevruchte eieren te kunnen leggen. Op dit moment falen 60% van de paringen en ligt de frequentie van de paringen onnodig hoog (factor 5-10). Uit eerder onderzoek is gebleken dat er opvallend weinig baltsgedrag vertoont wordt door de hanen, en dat hennen de toenadering van de hanen nauwelijks leken „op te merken? of wegliepen van de haan.
Wet- en regelgeving
Met ingang van 1 januari 2019 is het behandelen van de snavels van vleeskuikenmoederdieren niet meer toegestaan. Het behandelen van de snavels van de hanen is tot 2024 uitgesteld. Per 1 september 2021 wordt het verwijderen van een deel van de achterste teen bij hanen in de vleesvermeerdering verboden. Het ingrepenbesluit heeft veel invloed op het dierenwelzijn doordat de snavels, tenen en sporen gemakkelijker voor beschadigingen bij de dieren kunnen zorgen. Goed (paar)gedrag is dus ook t.a.v. het ingrepenbesluit een must om in de toekomst te behouden/te verbeteren. Dit is belangrijk om beschadigingen, die kunnen ontstaan bij het paren, te beperken.
Innovatief huisvestingsysteem
In 2007 is de ontwikkeling van een innovatief huisvestingsysteem gestart om de bevruchting en ongewenst paargedrag te verbeteren. Het innovatieve huisvestingsysteem moest zo ingericht worden dat er meer harmonie in het koppel kwam en het gedrag van de hennen en hanen beter op elkaar werd afgestemd. Om dit te bereiken moest beter gebruik worden gemaakt van het natuurlijk dagritme van de dieren. Het idee voor het zogenaamde „Quality Time? concept is door Rick van Emous (Wageningen Livestock Research) bedacht. De aanleiding voor de ontwikkeling van het innovatieve huisvestingsysteem was de kennis over het verloop van de paringen gedurende de dag. Paringen vinden vooral aan het einde van de dag plaats. Dit is biologisch en fysiologisch gezien het meest gunstige tijdstip van de dag voor kippen om te paren. Verder is uit waarnemingen in praktijkstallen bekend dat de hanen de hennen in de ochtend lastig vallen en dat de hennen daardoor schik krijgen van de hanen. Uit deze twee aspecten ontstond het idee om de hanen enige uren tijdens de dag gescheiden van de hennen te houden. Op die manier zijn er op verschillende tijdstippen van de dag sprake van Quality Time:
– Scheidingsperiode:
De hennen kunnen in deze periode rustig hun gedrag uitvoeren: ei leggen, voer opnemen, scharrelen en stofbaden zonder daarbij door de hanen lastig gevallen te worden;
– Direct na het mengen:
Door de periode van scheiden zijn de hennen meer genegen om zich te laten paren.
In het Quality Time (QT) concept worden de dieren tijdens het voeren gescheiden. Voersystemen nemen voor de dieren een belangrijke plaats in de stal in. VKOD zijn in het begin van de legperiode, doordat de hoeveelheid wordt beperkt, erg gefocust op het voer. Daarnaast worden hennen en hanen al tientallen jaren gescheiden gevoerd met hun eigen voersysteem. Door nu het voer van de hanen iets later te verstrekken dan het voer van de hennen komen de dieren in hun eigen gebied (bij hun voersysteem). Door de stal met een mobiel hekwerk uit te rusten en dit over het hanenvoersysteem te laten zakken worden de hennen en hanen op een eenvoudige manier van elkaar gescheiden. De QT is een belangrijke basis voor het uitvoeren van deze proef.
Het onderzoek
ABZ Diervoeding heeft in samenwerking met Wageningen Livestock Research dit onderzoek opgezet om meer te weten te komen over de juiste bezettingsgraad bij vleeskuikenouderdieren. Tevens neemt ABZ Diervoeding een belangrijke positie in binnen de ouderdierensector, als één van de marktleiders. Het onderzoek gaat over het toepassen van het ‘skip-a-day’ principe van het hen/haan contact. Dit houdt in dat de hanen in de proefgroep om de dag bij dezelfde groep hennen gelaten worden. Het onderzoek is toegepast in een verandasysteem waarbij de helft van de oorspronkelijke bezetting hanen (6,3%) van twee groepen wordt opgezet. Deze hanen worden na het scheiden m.b.v. het QT concept gewisseld van groep hennen door poortjes open of dicht te zetten. Ondanks dat de helft van de oorspronkelijk bezetting hanen wordt opgezet is de bezetting hanen, op het moment dat de hanen bij de hennen lopen, gelijk. Dit nieuwe concept waarbij de hanen en hennen samen maar ook apart gehuisvest worden heet het LAT concept; Living Apart Together.
Het doel van dit onderzoek is om de effecten van het skip-a-day hen/haan contact bij VKOD te onderzoeken. De verwachtingen zijn dat het natuurlijke seksueel gedrag meer terug te zien is de stal. Ook het verbeteren van de bevruchtingsresultaten behoort bij de verwachtingen van dit onderzoek evenals het terugbrengen van gedwongen paringen, het verbeteren van succesvolle paringen en het terugbrengen van de frequentie paringen bij de hen door het verlagen van de aantallen hanen in de stal. Ook is het doel om het verenpakket en de conditie van de huid gedurende de gehele ronde beter te houden van de hennen wat positieve effecten met zich mee brengt op dierwelzijn- als technisch niveau.
Meer informatie
Voor meer informatie kunt u terecht bij Stijn Peters (s.peters@abzdiervoeding.nl)