De verwachtingen voor de Nederlandse vleeskuikenhouderij voor het tweede en derde kwartaal van 2017 zijn gematigd positief, mede dankzij een goede vraag. Door de toename van de productie is het bewaken van de marktbalans essentieel. De sector heeft afgelopen periode getoond dit te beheersen. Ondanks exportrestricties en het wegvallen van productie, is de Europese export ten opzichte van vorig jaar toegenomen. Dit leidde sinds het begin van het jaar tot hogere marges.
Tijd voor kwalitatieve groei
De komende periode zal groei eerder plaatsvinden in kwaliteit dan in kwantiteit. De belangrijkste factor hierbij is de beperkte beschikbare en hoog geprijsde pluimveerechten. Uitbreiding is hierdoor op dit moment nauwelijks rendabel. Daarnaast zit de markt voor concepten op dit moment vol. Om het rendement en toekomstbestendigheid te vergroten, is het raadzaam om via optimalisatie kwalitatieve groei te realiseren.
Strategie broedeisector herijken
De markt voor broedeieren is onverwacht snel hersteld, met name door het wegvallen van productie bij ruimingen vanwege vogelgriep. Het gaat hier echter om een kortstondig herstel. De sector zal met enige vertraging teruggaan in omvang. In de belangrijke afzetmarkten zal naar verwachting de zelfvoorzieningsgraad voor broedeieren groeien. De sector zal zich hier tijdig op moeten oriënteren en actie ondernemen.
Terugblik 1e kwartaal 2017: vogelgriep drukt stevige stempel op markt
De Europese pluimvee-industrie is hard geraakt door een golf van vogelgriepuitbraken over het hele vaste land. In 23 van de 28 EU-landen hebben meer dan 1.000 uitbraken plaatsgevonden op commerciële houderijen en 1.400 uitbraken bij wilde vogels. Frankrijk en Hongarije zijn het hardst geraakt met respectievelijk 465 en 235 gevallen. De belangrijke exportlanden Zuid-Afrika en China passen exportrestricties voor een volledig land toe als er een vogelgriepuitbraak is. De meeste andere exportlanden passen regionale restricties toe.
Ontwikkelingen eerste kwartaal 2017:
Pluimvee-industrie toont veerkracht
Ondanks de exportrestricties heeft de vleeskuikenindustrie kracht en flexibiliteit getoond. De totale export vanuit de EU is in januari en februari met 5% toegenomen, vooral door sterk gestegen export naar Hong Kong, Oekraïne, Saoedi-Arabië en diverse Afrikaanse landen zoals Ghana, Congo en Benin. Figuur 1 toont de ontwikkeling van de marges, met gestegen prijzen in april en mei door de seizoensgebonden toenemende vraag.
Beeld Nederlandse pluimveesector sterk wisselend
De prijzen voor pluimveevlees zijn redelijk stabiel gebleven in het eerste kwartaal van 2017. Vanaf januari 2017 steeg de Basis Contract Prijs met circa € 0,015 tot een niveau van € 0,565 eind maart. Door de eveneens nagenoeg stabiele voerprijs zijn de marges licht verbeterd in het eerste kwartaal. Dit ligt in lijn met de rest van Europa. Opvallend zijn de sterk wisselende resultaten die meer door technische resultaten worden beïnvloed dan door de markt. Dat komt vaker voor, maar nu lopen de verschillen tussen bedrijven van vergelijkbare grootte soms zelfs op tot 100%. Hier ligt een aandachtspunt voor de sector en individuele ondernemingen.
Vermeerderingssector herstelt onverwacht snel
Door de vogelgriep is de broedeiproductie gedaald in Europa. Dat heeft in de vermeerderingssector tot een sneller dan verwacht herstel geleid in de eerste maanden van 2017. Samen met de toenemende vraag naar eendagskuikens vanwege het aanstaande BBQ-seizoen heeft dit tot stijging van broedeiprijzen geleid. De vrije broedeiprijs is in de eerste maanden van 2017 gestegen met € 0,055 cent (+31%) van € 0,175 naar € 0,23.
Ontwikkeling Europese export van broedeieren
Ten opzichte van het eerste kwartaal van 2016 is de totale Europese export van broedeieren naar landen buiten de EU met 5% toegenomen in deze periode in 2017. Hoewel de export naar Rusland (-25.000 ton, -15%) en Oekraïne (-20.000 ton, -200%) in deze periode sterk daalde, is dit opgevangen door een stijging van de export naar onder meer Irak (+40.000 ton, +110%) en Libië (+12.000 ton, + 67%). Inmiddels is een daling van de vrije broedei prijs ingezet, naar EUR 0,185 begin juni. De NOP/NVP-notering is in het eerste kwartaal beperkt gestegen met € 0,0024 naar € 0,0171. Met een licht opgelopen voerprijs (+1%) is de verbetering van de voerwinst nog beperkt in het eerste kwartaal voor de Nederlandse moederdierenhouders.
Vooruitzicht: groei aanbod bepalend voor marges komende tijd
Het vooruitzicht voor de Europese vleespluimveesector is gematigd positief. De exportmarkten zijn weer open, met uitzondering van Zuid-Afrika. Daarnaast is het BBQ-seizoen geopend wat tot hogere vraag leidt. Het is belangrijk om de komende maanden het aanbod niet te snel te laten groeien. Dit risico is aanwezig doordat bedrijven hun productie weer opstarten na de vogelgriepuitbraken. Ook van invloed is de groei van de sector in Centraal- en Oost-Europa, waar veel nieuwe stallen in gebruik genomen zijn.
Grondstofprijzen: relatief constant
De prijsverwachtingen voor mais, soja en tarwe zijn momenteel relatief constant. Wereldwijd zijn er voldoende voorraden beschikbaar. Toch kan de markt in beweging komen, bijvoorbeeld door plotselinge extreme weersomstandigheden op het noordelijk halfrond. De afgelopen maanden is de euro in waarde gestegen ten opzichte van de dollar, dit zorgt voor een wisselkoersvoordeel voor grondstoffen die van buiten de EU worden geïmporteerd.
Groei ligt in optimalisatie
De kosten van kwantitatieve groei zijn in Nederland op dit moment niet gunstig, vooral door de hoge prijzen van pluimveerechten. De investeringsdrang in de sector neemt hierdoor af. De komende tijd zal in het teken staan van optimalisatie, iets wat voor ieder bedrijf zo nu en dan nodig is. Volgens de Rabobank biedt dit voor de Nederlandse sector mogelijkheden om de rol van voorlopers vast te houden. Historisch gezien zijn we voorloper in kostprijs, tegenwoordig blinken we uit in kwaliteit en consumentvoorkeuren, al blijft een scherpe kostprijs relevant.
Hygiëneniveau omhoog
Op korte termijn kan de sector maatregelen treffen tegen een nieuwe dreiging van vogelgriep door het hygiëneniveau van pluimveebedrijven verder aan te scherpen. Dit kunnen kleine optimalisaties zijn, maar ook uitgebreidere maatregelen zoals het realiseren van een hygiënesluis. De afgelopen maanden is het besef sterk gegroeid dat dergelijke verbeteringen noodzakelijk zijn.