Gemiddeld komt pasteurellose (vogelcholera) 10 keer per jaar voor in de commerciële pluimveehouderij. Deze ziekte treedt vooral op bij leghennen met uitloop.
De schade kan groot zijn, door het optreden van acute sterfte of het ontstaan van ontstekingen aan de kopversierselen of luchtwegontstekingen. Daarom heeft GD onderzocht, in opdracht van AVINED, welke type een Pasteurella-uitbraak veroorzaakt, en of er misschien zelfs meerdere typen tegelijkertijd een rol spelen?
Bekende ziektebeelden
Pasteurellose wordt veroorzaakt door Pasteurella multocida. Deze bacterie veroorzaakt met name bij leghennen de ziekte Pasteurellose, maar af en toe ook bij kalkoenen en vleeskuikens. Er zijn twee ziektebeelden bekend:
- acute pasteurellose: optreden van (per)acute sterfte;
- chronische pasteurellose: ontstekingen aan kopversierselen en luchtwegontsteking.
Van Pasteurella multocida bestaan meerdere serotypen. Meestal zijn serotype 1 en 3 verwerkt in de commercieel beschikbare vaccins. Afhankelijk van de fabrikant kan het zijn dat ook serotypen 4 en 5 zijn toegevoegd. In Europa zijn voor pasteurellose enkel dode vaccins beschikbaar. Van dode vaccins is bekend dat er slechts beperkte of zelfs geen kruisbescherming is voor andere types dan verwerkt in het vaccin.
Meerdere types betrokken bij uitbraak, één type dominant
Dit onderzoek is uitgevoerd op zes leghennenbedrijven waar pasteurellose is vastgesteld. Hieruit volgen de volgende resultaten:
- Op 3 van de 6 bedrijven met uitval als gevolg van Pasteurella multocida is meer dan één LPS-type* van de bacterie aanwezig.
- Op de bedrijven waar meerdere LPS-types gevonden zijn, is één type meer voorkomend dan de andere(n).
- Op het bedrijf waar gevaccineerd is met een autovaccin van type 1, trad alsnog uitval op door Pasteurella multocida. Er werden in dit geval voornamelijk bacteriën aangetoond van een ander type, namelijk LPS-type 4.
Kortom, dit onderzoek wijst erop dat bij een uitbraak van pasteurella meerdere types een rol spelen, waarbij één type de overhand heeft. Ook is er mogelijk sprake van een beperkte mate van kruisbescherming tussen de verschillende types Pasteurella multocida. Dit onderzoek is gefinancierd door de pluimveesector, via de onderzoeksbijdrage.
Vervolgonderzoek naar noodvaccinatie als oplossing
Verschillende diersoorten kunnen een reservoir vormen voor de bacterie Pasteurella multocida. Daarom wordt vaccinatie gezien als een belangrijke preventieve maatregel. In het vervolgonderzoek wordt antwoord gegeven op de vraag: ‘is een noodvaccinatie mogelijk als therapie na een uitbraak’? Dit onderzoek wordt in 2020 uitgevoerd.
*LPS-typering = Dit is een nieuwe techniek die op basis van genetische informatie een onderscheid maakt tussen lipopolysaccharide moleculen. Deze moleculen zijn het hoofdbestanddeel van het buitenmembraan van Pasteurella multocida en hiertegen ontwikkelt een dier antilichamen.
Bron: AVINED