De hedendaagse pluimveehouderij is een snel ontwikkelende markt, waarin innovatie en onderzoek naar mogelijke verbeteringen steeds belangrijker wordt. Bij Verbeek’s Broederij en Opfok staat kwaliteit hoog in het vaandel, en om hierin onderscheidend te kunnen zijn en blijven is investeren in kennis en onderzoek van groot belang.
Dit wordt aangestuurd vanuit het NovoCenter, het eigen kenniscentrum van Verbeek en de fokorganisatie Novogen. De praktische uitvoering van onderzoeksvragen wordt veelal ingevuld in samenwerking met studenten van onder andere Aeres Hogeschool, bijvoorbeeld in de vorm van een stage of afstudeerproject. Hiermee wordt ook direct bijgedragen aan toekomstige kennisontwikkeling door een rol te spelen in de opleiding van jonge mensen binnen de pluimveesector.
Een win-win situatie! In het afgelopen jaar is er in deze samenwerkingsvorm onderzoek gedaan naar het effect van licht tijdens het broedproces in het kader van het afstudeeronderzoek van student Jan-Willem Klaassen. Inmiddels is Jan-Willem in dienst getreden bij Verbeek.
Broedproces onderzoeken
Verbeek voert vanuit haar kenniscentrum NovoCenter regelmatig onderzoek uit op gebied van het broedproces. Dit omdat het een bekend gegeven is dat al tijdens het broedproces de basis wordt gelegd voor een succesvolle productiecyclus; de omgeving waarin het embryo zich ontwikkelt heeft grote blijvende effecten op de gezondheid en het gedrag tijdens het latere leven. De aanleiding om voor het afstudeerproject van Jan-Willem Klaassen onderzoek te doen naar het effect van licht is dat verschillende studies reeds het positieve effect hiervan hebben aangetoond: lichtstimulatie tijdens het broedproces heeft een positief effect op kuikenkwaliteit en vermindert de vatbaarheid voor stress (Archer en Mench, 2013; Domingue en Archer, 2014).
In Verbeek’s broederij in Zeewolde zijn inmiddels een aantal proeven met licht tijdens het broedproces uitgevoerd. Hieruit is gebleken dat de kuikenkwaliteit verbetert door het toepassen van een 12 uur licht – 12 uur donker schema in de broedmachine. Dit uit zich in een lager percentage 2e soort kuikens en een licht verbeterde navelkwaliteit. Daarnaast is het percentage Yolk Free Body Mass (kuikengewicht na aftrek van de dooierrest) ten opzichte van het totale lichaamsgewicht hoger voor kuikens die tijdens het broedproces zijn blootgesteld aan licht. De YFBM geeft informatie over in welke mate het kuiken in staat is geweest de dooierrest om te zetten in weefsel en organen. Een hoger YFBM percentage duidt dus op een betere dooieropname, wat een indicatie kan zijn voor een betere ontwikkeling van kuikens die zijn blootgesteld aan licht tijdens het broedproces.
Bron: Pluimveekrant juni 2018 editie, 19-10-2018