‘Pluvita is een onderdeel van Agrifirm NWE welke vleeskuikenouderdieren opfokt en pluimveebedrijven volledig ondersteunt bij het realiseren van meer broedeieren en sterke nakomelingen’, zo staat te lezen op de website van Agrifirm. Maar wat betekent dat concreet?
In een kort gesprek met opfokbegeleider Ton van Kessel krijgen we hierop antwoord:
“De twee hoofdpijlers van het Pluvita-concept zijn de nadruk op een goede uniformiteit bij zowel de hennen als de hanen en een optimale aansluiting van het opfoksysteem op het vermeerderingsbedrijf. Op het pluimveebedrijf van Beijer realiseren we dit door in te zetten op distributiesnelheid van het voer, de volledige drinkwatervoorziening boven de springtafels vanaf dag 1 en de mogelijkheid om ronddrinkers of nippels of een combinatie ervan te gebruiken.”
“Focus op uniformiteit”
Maar om een goede uniformiteit te bereiken is er meer nodig dan enkel een snel voercircuit. Van Kessel: “De bezetting per vierkante meter is voor Pluvita heel belangrijk. Deze mag niet te hoog zijn omwille van de kwaliteit die aan de vermeerderaar wordt afgeleverd. De (technische) resultaten worden daardoor ook beter. Daarnaast heeft Agrifirm NWE een zeer uitgebalanceerd voer ontwikkeld op kruimelbasis. Hierdoor treedt geen selectieve opname op van voedingsstoffen waardoor de hennen én hanen alle benodigde voedingsstoffen opnemen en gelijkmatiger groeien. Wij kiezen hier bewust voor een hennenvoer en een apart hanenvoer.”
“Gemakkelijker opzetproces bij hanen en hennen”
Een vlotte overgang van het opfokbedrijf naar het vermeerderingsbedrijf bezorgt zowel de vleeskuikenouderdieren als de vermeerderaar minder stress. Dat is de reden waarom Beijer alle drinkgelegenheid boven de roosters geplaatst heeft. Bovendien is er de mogelijkheid om zowel drinktorens als nippellijnen te gebruiken. Ook voor het opfokken van hanen is dit een flinke verbetering, zo stelt Van Kessel: “Als hanen niet gewend zijn om op de beun te springen en de vermeerderaar signaleert dit te laat, dan kun je opdrogers krijgen en dan gaat die haan natuurlijk minder vlot door in de ontwikkeling. Door te werken met roosters wordt het opzetproces bij zowel hanen als hennen vergemakkelijkt. Dat wil niet zeggen dat alles vanzelf gaat. De pluimveehouder moet nog steeds de aandacht geven die zijn dieren nodig hebben, maar een dergelijke stalinrichting tijdens de opfokperiode helpt bij een betere op- en doorstart, verminderen van stress en betere resultaten bij de vermeerderaars.”
“Focus op kwaliteit”
Agrifirm zet met Pluvita fors in op het verbeteren van het dierenwelzijn. Van Kessel: “Onze visie is dat een focus op dierenwelzijn positief uitpakt op de technische resultaten. Voordat we dit daadwerkelijk kunnen staven met cijfers zijn we veertig weken verder en dan nog is het ene koppel het andere niet. Elke ronde is anders. Je moet rekening houden met genetische voortuitgang, het verloop van de opfokronde en de vermeerderaar die er verder mee gaat werken. Maar het effect van deze Pluvita aanpak is: meer bevruchte broedeieren per 22 weekse hen.”
De beste kip
Het uiteindelijke doel van Pluvita is om door de hele keten een kwaliteitsverbetering te realiseren en daar profiteert niet alleen de kip, maar ook de pluimveehouder zelf van. “We zien dat dit concept een aanzuigende werking heeft op de markt en dat de vermeerderaars ervaren en zien dat Pluvita zorgt voor de beste kip om hun inkomsten te maximaliseren.”
Auteur: Richard Bender
Foto's: Geraldine Nikkels