Dit jaar heeft GD een ongebruikelijke stijging in het aantal gevallen van kippenpokkenvirus gezien. In januari en februari waren er vier gevallen. Na een aantal maanden waarbij er geen nieuwe gevallen waren, zijn van september tot en met november vijftien gevallen geregistreerd. Bij enkele uitbraken is een productiedaling tot 15 procent gemeld door betrokken dierenartsen. Zowel de droge als de natte vorm van de ziekte zijn vastgesteld.
Kippenpokken, ook wel pokkendifterie (PD) genoemd, komt in twee vormen voor: de droge vorm en de natte vorm. Bij de droge vorm zien ze korsten en laesies rond de ogen, snavel en niet-bevederde huid. De natte vorm veroorzaakt zweren in de mond, keel, luchtpijp en longen. Het virus verspreidt zich via direct contact, lichaamsvloeistoffen, korsten, voer, drinkwater en stof. Ook vliegen en muggen kunnen het virus overdragen door bloedzuigen bij geïnfecteerde dieren.
Genetische analyse van gevallen uit december 2023 en januari 2024 laat zien dat deze isolaten overeenkomen met recente Europese isolaten en het volledige genoom van het reticuloendotheliosevirus (REV) bevatten. Mogelijk zorgt de aanwezigheid van het REV-genoom ervoor dat de ziekte ernstiger verloopt. Er zijn op dit moment geen aanwijzingen dat REV uit het pokkenvirus kan ontsnappen en op zichzelf vervolgens RE-ziekte kan veroorzaken. GD heeft geen aanwijzingen om aan de werkzaamheid van de huidige beschikbare pokkenvaccins te twijfelen.
Preventie van kippenpokkenvirus gebeurt door vaccinatie met een levend kippenpokkenvirus, meestal wanneer de kippen tussen de 6 en 12 weken oud zijn. Goede applicatie is essentieel voor goede bescherming. Bij een uitbraak kan noodvaccinatie overwogen worden in overleg met uw dierenarts.
Bron: GD Diergezondheid