In november van dit jaar steeg de prijs in de supermarkt van eieren met 22 procent en van pluimveevlees met 19 procent ten opzichte van vorig jaar. Ook pluimveehouders kregen een hogere prijs. Deze hogere prijs is nodig om de hogere kosten goed te maken.
Voedselprijzen met 10 procent gestegen in de supermarkt
Consumenten zijn meer geld kwijt voor hun voeding. De voedselprijzen stegen dit jaar met gemiddeld zo’n 10 procent. Een belangrijke oorzaak van deze stijging zijn de hogere prijzen voor dierlijke eiwitten, zoals vlees, zuivel en eieren.
De prijs van pluimveevlees nam gemiddeld met 12 procent toe en de prijs van eieren met zo’n 13 procent. Met name in de tweede helft van dit jaar stegen de prijzen flink. In november nam de consumentenprijs van eieren toe met 22 procent en van pluimveevlees met 19 procent ten opzichte van vorig jaar.
De prijzen liggen op een hoog niveau als gevolg van de hogere productiekosten voor pluimveehouders en een krappe markt als gevolg van onder meer de vogelgriep. De pluimveehouders kregen in oktober van dit jaar circa 40 procent meer voor pluimveevlees en bijna 110 procent meer voor scharreleieren.
Vogelgriep leidt tot zorgen
De vogelgriep leidt tot zorgen bij de pluimveehouders. Alleen al in oktober moest het pluimvee op vijftien bedrijven geruimd worden, en in de afgelopen twaalf maanden gaat het om circa tachtig bedrijven. Het is voor het eerst dat de ziekte een heel jaar in Nederland rondwaart.
Ook Spanje, Frankrijk en Duitsland worden geplaagd door uitbraken. De ziekte woedt in 38 landen, wat het de grootste golf ooit maakt. Het feit dat de vogelgriep ook in de zomer aan bleef houden, maakt dat de risico’s volgens het Europese Voedselveiligheid Autoriteit (EFSA) voor volgend jaar zijn toegenomen.
Het afgelopen jaar had het ruimen van pluimvee gevolgen voor de volumes en daarmee ook op de ontwikkeling van de prijzen. De Europese Commissie verwacht voor de pluimveehouderij in de EU een productiedaling van 0,9 procent in 2022.
Stijging kosten energie en veevoer
Het afgelopen jaar namen de kosten voor energie en veevoer flink toe. Tot nu toe hebben de gestegen prijzen de hogere kosten goed kunnen maken. Voor volgend jaar wordt voor een aantal kosten, zoals veevoer en energie, weliswaar een daling voorzien, maar daar staan andere kostenstijgingen tegenover. Zo zullen de kosten van arbeid omhoog gaan en nemen de kosten om te voldoen aan strengere milieueisen en dierenwelzijnstandaarden toe. Ook krijgt de pluimveesector te maken met een hogere heffing voor het Diergezondheidsfonds.
Druk op pluimveestapel groter door verduurzaming
De verduurzaming zorgt niet alleen voor hogere kosten, maar geeft ook druk op de pluimveestapel. Supermarkten schakelen in 2023 om naar de verkoop van enkel Beter Leven 1 ster. Door de beperkt beschikbare staloppervlakte in Nederland en lastige vergunningverlening zal dit zorgen voor een kleinere pluimveevleesstapel.
Daarnaast is het nog onduidelijk wat de impact van de uitkoopregelingen in verband met stikstof gaat zijn. ABN AMRO verwacht dat het aantal vleeskuikens met zeker 15 tot 25 procent daalt tot en met 2025. Volgend jaar leidt dit tot een afname van de pluimveeproductie van circa 5 procent.
Consumenten maken andere keuze in de supermarkt
Voor leghennen is onduidelijk of het aandeel vrije uitloop en biologische houdsystemen zal toenemen. De daling van de koopkracht leidt tot ander koopgedrag van consumenten. Desondanks bestaat de kans dat supermarkten ook bij eieren veel meer sturen op het Beter Leven-keurmerk. De verduurzaming op het gebied van dierenwelzijn zorgt voor een verdere vraag naar ruimte, terwijl er juist steeds minder ruimte beschikbaar is.
Wat voor vleeskuikens geldt, geldt ook voor leghennen; de invulling van duurzaamheidseisen zal de komende jaren drukken op het aantal gehouden dieren en daarmee zullen de hoeveelheden eerder dalen dan stijgen.
Uitkoop pluimveehouderij
Daarnaast zullen een aantal bedrijven kiezen voor een Lbv+ of Lbv regeling voor uitkoop. Dit betekent dat het aanbod vanuit Nederland lager gaat zijn. Niet alleen de Nederlandse pluimveestapel krimpt. De Europese Commissie verwacht een productiedaling van 0,4 procent voor de pluimveehouderij. Dit betekent een lager aanbod vanuit de EU.
Een onzekere factor is nog wel de export vanuit Oekraïne, die vanwege het opheffen van de importquota ruimer wordt. Volgens de laatste cijfers van de EU nam de import van pluimveevlees vanuit Oekraïne met meer dan 60 procent toe. Een groot deel komt terecht in Nederland
Ook vraag vanuit supermarkt neemt af
Het aanbod vanuit de EU neemt af, maar ook de vraag bij supermarkten lijkt te stagneren. Zo verkochten de supermarkten in euro’s gemeten nog wel meer kip, maar gecorrigeerd voor inflatie was er sprake van een daling. De verkochte volumes daalden in de eerste drie kwartalen van dit jaar met gemiddeld 5 procent.
Dit is het gevolg van een aantal factoren. Allereerst vindt er een normalisering plaats na Corona. Consumenten gingen weer vaker naar de horeca en daar lijden de supermarktverkopen onder. Daarnaast zijn de prijzen van pluimveevlees flink gestegen. In combinatie met een lagere koopkracht zorgt dat voor lagere verkopen.
Koopkracht blijft onder druk in 2023
Voor volgend jaar geldt dat de koopkracht onder druk blijft staan en dat consumenten scherpere keuzes in de supermarkt maken en vaker zullen kiezen voor goedkopere producten, zoals gehakt.
Niet alleen in Nederland staat de koopkracht onder druk. Ook in belangrijke afzetlanden buiten Nederland gaan consumenten meer op prijs letten. Voor de Europese Unie (EU) als geheel verwacht ABN AMRO namelijk volgend jaar een inflatie van 5,1 procent. Zowel in de EU als in het Verenigd Koninkrijk (VK) zal de koopkracht dalen doordat de inflatie vooral in de eerste maanden nog flink hoog zal zijn, terwijl de loonstijging de inflatie niet zal goedmaken.
Net als in Nederland geldt voor deze landen dat overheidssteun het verlies aan reëel inkomen wel wat tempert, maar onvoldoende om de koopkracht volledig te repareren. Voor het VK geldt daarnaast ook nog dat hogere rentes flink op de inkomens drukken, doordat relatief veel huizenbezitters hypotheken met variabele rentetarieven hebben.
Bron: ABN AMRO