Voorzitter Hennie de Haan van de Nederlandse Vakbond Pluimveehouders (NVP) wordt het tijd dat de grenzen dicht gaan voor voedsel dat niet aan de Nederlandse eisen voldoet. Dat gaf ze aan tijdens een debat, georganiseerd door Agractie, over de toekomst van de Nederlandse Landbouw. “Als de sector zich versnel moet verduurzamen, moet je eerst een gelijk speelveld hebben.”
De Haan gaf de boodschap direct mee aan CDA-Kamerlid Jaco Geurts, maar het is een opvatting die ze al langer heeft. “Wat we hier niet mogen produceren, moeten we hier ook niet consumeren.” De Nederlandse pluimveesector moet werken met hoge eisen op onder andere het gebied van dierenwelzijn, antibioticagebruik en milieu. “Allemaal kostprijsverhogend. En dat is prima, maar als je tegelijk de markt open laat, dan zullen slimme retailers altijd zoeken naar het inkopen van het goedkoopste product. Daardoor ligt er vaak geen Nederlandse en zelfs geen West-Europese producten met eieren in de schappen.”
Gelijk speelveld
“De strenge regels zelf zijn niet per se het probleem, want we kunnen ons op kwaliteit onderscheiden. Je kunt echter niet groen doen, door rood te staan. Als je ondertussen weet dat er van alles wordt geprobeerd om import via de Rotterdamse haven te vermijden. Productintegriteit heeft de consument ook recht op. Dus zorg voor dat eerlijke speelveld. Dat is er nu namelijk niet en het wordt ook steeds erger. We kunnen niet de productie-eisen verder aanscherpen, maar tegelijk de grenzen openhouden.”
Volgens De Haan gebeuren er gekke dingen. “Eieren is een moeilijk verhaal vanwege de grote verwerking. Vaak gaat het om geïmporteerde eieren uit traditionele legbatterijen. Die zijn in Europa al verboden. Nederland gaat zelfs met de strenge eisen nog een stapje verder. Toch zie je wel dt de eieren in voedingsmiddelen worden gebruikt.”
Politiek nodig voor dialoog
Ook in de coronacrisis heeft de kromme situatie blootgelegd. “Toen lagen er Spaanse eieren in de schappen. Als de retail de kans krijgt om de goedkoopste producten te verkopen, dan pakken ze die.” Ook de fipronilaffaire haalt De Haan aan als ‘slecht’ voorbeeld. “De prijzen van de eieren is toen verdubbeld voor de consument, maar de de boer zag niets terug. De codes op de eieren bieden echter wel de kans om een dialoog op gang te brengen, maar daar hebben we de politiek voor nodig. Ik heb inmiddels vele schoenzolen versleten om dit aan de kaak te stellen.”
Europa en afspraken in de keten
Jaco Geurts is het met Hennie de Haan eens, maar volgens hem ligt de oplossing vooral in Europa. “Het voorbeeld van de eieren, die verwerkt zijn in voedingsmiddelen, heb ik vaker gehoord en besproken. Dat het maar om een klein percentage zou gaan, zegt mij niet. Ook die moeten aan onze eisen voldoen. Daaruit blijkt dat de samenwerking in de EU onvoldoende is. We hebben daar aandacht voor gevraagd. De oplossing zit wat mij betreft in het intensiveren van de inspecties.”
Geurts vreest ook dat de Brexit de situatie niet verder verbeterd. “Ik ben bang dat chloorkippen via Amerika en het Verenigd Koninkrijk uiteindelijk toch Nederland binnen komen.” De CDA’er denkt dat de oplossing vooral in de keten ligt. “Zodat we er voor gaan zorgen dat er meer uit Nederland geproduceerde kipproducten in de schappen ligt.”
Tekst en foto: Martin de Vries