Agrarische ondernemers ondervinden als vanouds grote regeldruk, veelal op het gebied van milieu. Dit heeft ondernemers altijd gedwongen efficiënt te werken, innovatief te zijn, maar ook om kansen te pakken. Daar komt momenteel nog eens bij dat diverse partijen in de agrifood keten steeds grotere stappen zetten om in te spelen op de consumentenwens tot verduurzaming. Land- en tuinbouw hebben al veel bereikt op het gebied van duurzaam ondernemen, waaronder een flinke reductie van de uitstoot van broeikasgassen, maar de sector is er nog niet.
De eindigheid aan groei
Ook anno 2018 is de regeldruk groot. Zo worden melkveehouders geconfronteerd met het fosfaatstelsel en zijn ze recent overvallen door de voorgenomen fabrieksquotering van Friesland Campina. De klimaatopgave zorgt voor nieuwe uitdagingen. De in vergelijking met andere economische sectoren bescheiden 11% reductie in de uitstoot van broeikasgassen tot 2030 zal ook weer tot vernieuwingen leiden. Topondernemers kunnen nog blijven groeien, maar voor de sector als geheel lijken de grenzen van de groei in zicht. De melkvee- en pluimveestapel zullen niet hoeven te krimpen. Uitzondering is mogelijk de varkenshouderij. Hier leidt de regionale druk al tot een stagnatie in de groei van de grootste bedrijven en een sanering bij de kleinste bedrijven. Langzamerhand zal de varkensveestapel dan ook afnemen.
2018 over het algemeen matige prijzen
Gedreven door een stijgende binnen- en buitenlandse consumptievraag kunnen de afzet- en productievolumes in 2018 met 1% groeien, conform het langjarig gemiddelde, maar hoger dan in 2017 (+0,5%). De prijs- en omzetontwikkeling valt in diverse sectoren tegen. Ondernemers in de sierteelt staan er het meest gunstig voor en akkerbouwers het minst. Melkveehouders kunnen een redelijk 2018 tegemoet zien, groentetelers na een donkere start een gemiddeld jaar, varkenshouders een matig tot gemiddeld jaar en pluimveehouders een in de eerste helft redelijk tot goed en in de tweede helft matig tot gemiddeld halfjaar.
Na sterke start gemiddeld 2018 voor pluimveehouders
Het vanwege de fipronil-affaire en daardoor ontstane eiertekort voor legpluimveehouders extreme tweede halfjaar in 2017 laat ook in 2018 zijn sporen nog na. In het eerste kwartaal waren de rendementen bijna drie maal zo hoog als gemiddeld. De niet door de fipronil-affaire getroffen en niet aan langlopende contracten gebonden bedrijven hebben geprofiteerd van de extreem hoge eierprijzen. Gezien de sinds Pasen flink dalende eierprijzen en weer wat oplopende voerprijzen (graan en sojaschroot) is de verwachting dat in de tweede helft van 2018 de prijzen en rendementen tot net onder het langjarig gemiddelde zullen tenderen. Ook het saldo voor vleeskuikenhouders lag in eerste kwartaal fors ruim boven het langjarig gemiddelde. De consumentenvraag blijft zich naar verwachting ook de rest van het jaar goed ontwikkelen.
Bron: ING Bank