Van de pluimveesector wordt verwacht fijnstofemissie te verminderen. Hiervoor worden verschillende mogelijkheden aangereikt: van vermindering van strooisel of uitbreiding van luchtzuivering. Toch blijft uitstoot van fijnstof verminderen een uitdaging. WUR (Wageningen University & Research) heeft onlangs de resultaten van een onderzoek gepubliceerd, waarin de invloed van vleeskuikenvoeding op fijnstofemissie werd onderzocht.
Fijnstof bestaat uit kleine organische deeltjes, die via mest, veren en voeding in de lucht komen. De inademing van fijnstofdeeltjes heeft gevolgen voor de gezondheid van mensen en kippen. In de longen veroorzaakt fijnstof ontstekingsreacties en een (over)reactie van de afweer. Daarom streeft de Nederlandse overheid ernaar om tussen 2020 en 2030 fijnstofemissie met vijftig procent te verminderen.
Fijnstof: vooral dode bacteriën
De darmen van kippen zijn rijk aan bacteriën die verantwoordelijk zijn voor de vertering van voedsel en de ondersteuning van de afweer. Wanneer deze bacteriën sterven, worden ze uitgescheiden via de ontlasting.
Er zijn vele verschillende soorten bacteriën aanwezig in de darmen van bacteriën. Onderdeel hiervan zijn Gramnegatieve bacteriën, die lipopolysacchariden (LPS) hebben in de celwand. LPS zijn lange suikerketens met vetmoleculen, die bij uitscheiding onderdeel uitmaken van het fijnstof. Dus als het aantal Gramnegatieve bacteriën in de darmen verminderd kan worden, heeft dit direct vermindering van fijnstof uitstoot als gevolg.
WUR vergeleek hiervoor zes verschillende rantsoenen en keek daarbij naar de verhouding tussen de aanwezigheid van Gramnegatieve bacteriën en de uitscheiding van LPS via de mest. Het eerste rantsoen was een controlerantsoen, dat stond voor een standaard rantsoen voor commercieel gehouden pluimvee. Vervolgens werden er vier verschillende voedingsadditieven toegevoegd: butyraat (korte keten vetzuur), inuline (werkt prebiotisch), medium-lengte vetzuren en Original XPC (gefermenteerde bacteriën).
Deze additieven staan erom bekend dat ze een positieve invloed hebben op de verhouding tussen Gramnegatieve en positieve bacteriën. Ook staan deze stoffen erom bekend groeiprestatie, droog strooisel, diergedrag en -welzijn te bevorderen. Deze waarden werden dan ook gemeten in dit onderzoek.Het zesde rantsoen was hoog in vezels en laag in eiwitten. Dit staat bekend om de groei van Grampositieve bacteriën te stimuleren.
In dit onderzoek werden 1.344 mannelijke Ross 308 vleeskuikens gevolgd gedurende 35 dagen. De dieren hadden water tot hun beschikking en werden gemonitord op basis van lichaamsgewicht, gemiddelde dagelijkse groei (ADG), voeropname (ADFI) en voederconversie (FCR).
Minder Gramnegatieve bacteriën
Na 35 dagen zagen de onderzoekers duidelijk dat het rantsoen met meer butyraat en het rantsoen hoog in vezels en laag in eiwitten positieve gevolgen hadden voor de darmflora. Deze rantsoenen gaven een kleinere hoeveelheid Gramnegatieve bacteriën in monsters uit de cloaca vergeleken met de controlegroep. Ook was de verhouding tussen de Gramnegatieve en de positieve bacteriën verbeterd.
De uitslagen van de metingen van de LPS-concentraties waren echter onverwacht. Deze waarden waren hoger in de experimentele rantsoenen dan in het controlerantsoen.
Volgens de onderzoekers zijn hun metingen niet betrouwbaar genoeg om een directe link te leggen tussen deze voedingsadditieven en de uitstoot van fijnstof. Daarom is aanvullend onderzoek gewenst om geschikte voedingsadditieven te bepalen, die een vermindering van fijnstof kunnen bewerkstelligen.
Tekst: Kim Sjoers
Bron: Perricone, V., Schokker, D., Bossers, A., de Bruijn, A., Kar, S. K., Te Pas, M. F. W., Rebel, J. M. J., Wouters, I. M., & de Jong, I. C. (2024). Dietary strategies can increase cloacal endotoxin levels and modulate the resident microbiota in broiler chickens. Poultry Science, 103(2), Article 103312. https://doi.org/10.1016/j.psj.2023.103312