Aankomende maandag is de vervolgzitting in het hoger beroep over het openbaar maken van bedrijfsgegevens van PAS-melders. Met de uitspraak moet duidelijk worden of de gegevens van de PAS-melders die minister Schouten eerder bekend maakte, onder andere bedrijfscoördinaten, voldoende zijn. In augustus werd al besloten dat de schorsing van de dwangsom die de minister eerder kreeg opgelegd, voorlopig niet wordt opgeheven. LTO is aanwezig bij de zitting, en blijft zich hardmaken voor het niet openbaar maken van bedrijfsadressen van de PAS-melders.
“Hoewel de uitspraak in augustus voor tijdelijke opluchting zorgde, wordt komende maandag spannend. Daarna wordt besloten of de gegevens van PAS-melders die eerder al openbaar gemaakt werden, voldoende zijn. Mocht er anders worden besloten, heeft dat een enorme impact op de betreffende PAS-melders en hun gezin; die al tijden in onzekerheid zitten. Het openbaar maken van bedrijfsadressen, die onlosmakelijk verbonden zijn aan de persoonlijke levenssfeer, kan namelijk niet teruggedraaid worden. Daarom blijven wij ons inzetten voor het niet openbaar maken van deze bedrijfsadressen”, aldus Trienke Elshof; portefeuillehouder Platteland & Omgeving bij LTO Nederland.
Openbaar maken locatiegegevens PAS-melders
In een uitspraak van 27 januari 2021 oordeelde de Raad van State dat de minister het wob-verzoek van MOB moest uitvoeren en de locatiegegevens van de zogeheten PAS-melders openbaar moest maken. Naar aanleiding daarvan heeft de minister coördinaten van emissiebronnen en kaarten met daarop de emissiebronnen openbaargemaakt. Volgens MOB was dit niet voldoende en dus reden om opnieuw naar de rechter te stappen.
Hoger beroep
Op 26 augustus diende het hoger beroep dat is aangetekend door minister Schouten van LNV over het openbaar moeten maken van bedrijfsgegevens van de PAS-melders. Eerder kreeg de minister door de rechtbank van Noord-Nederland een dwangsom opgelegd; wanneer zij de bedrijfsgegevens van de PAS-melders niet openbaar zou maken. Deze heeft de voorzieningenrechter toen geschorst tot de behandeling van het hoger beroep van de bodemprocedure, komende maandag. De uitspraak zal naar verwachting zo’n 6 weken na de zitting volgen.
Bron: LTO