Nederlandse pluimveehouders zitten ongewenst klem tussen lokale politiek en vrije markt; hoe unlevel kan het playing field worden? De Nederlandse Vakbond Pluimveehouders (NVP) wil duidelijkheid van staatssecretaris Dijksma.
Met het publiceren van de paper van Tim Steinweg van Stichting Onderzoek Multinationale Ondernemingen (SOMO) wordt pijnlijk duidelijk hoe onbelangrijk de Nederlandse pluimveehouders zijn in de ogen van bestuurders en financiers. Investering van een half miljard euro aan Europees geld in de vorm van leningen en subsidies in de mega-kippenstal MHP in Oekraïne, is een nagel aan de doodskist van de meest verduurzamende dierlijke sector van Nederland.
Snelle productiegroei in Oekraïne
De productie van het Oekraïense bedrijf is in 2014 gestegen tot 546.500 ton (2013: 472.800 ton) en gaat eind dit jaar verder investeren om de productie op te voeren naar 900.000 ton kip per jaar. In 2014 exporteerde het Oekraïense bedrijf 140.920 ton (15% meer dan in 2013) en vervolgt haar bedrijfsstrategie, waarbij een groeiend volume op verschillende exportmarkten zal worden weggezet. Nieuwe kansen ziet het bedrijf om de markten (verder) aan te boren in Azië, het Midden-Oosten, de Europese Unie en Afrika. In de tweede helft van 2014 exporteerde MHP al kippenvlees naar de EU zonder importheffingen, wat voor het bedrijf resulteerde in afzet van 16.500 ton kippenvlees, goed voor 12% van hun totale export in 2014.
Unlevel playing field
In Oekraïne wordt door de hervormingsgezinde regering een aantal fiscale en dereguleringsmaatregelen beschikbaar gesteld. Daarnaast is het ondernemersklimaat aantrekkelijker gemaakt door alle overheidsinspecties van bedrijven op te schorten. Ook milieu-inspecties worden, volgens de SOMO paper, sinds 2014 niet meer uitgevoerd. In Nederland neemt de regeldruk alleen maar toe en gelden productiekosten die minimaal 7 tot soms wel 15 procent hoger zijn dan in andere kip- en eierenproducerende landen, door bovenwettelijke maatregelen.
Onduidelijkheid Nederlandse Overheid
In Nederland gelden pluimvee(productie-)rechten die per 1 januari 2015 zouden worden opgeheven als de pluimveehouders het mestprobleem zouden oplossen. De sector heeft alles in het werk gesteld om haar deel van de afspraak na te leven; 93% van de Nederlandse pluimveemest komt al jaren niet meer op Nederlandse bodem. Maar van de beloofde tegenprestatie van de staatssecretaris is in de laatste EU-derogatieonderhandelingen niets overgebleven. De pluimveerechten bleven in Nederland en in Oekraïne mogen onbeperkt pluimveevlees en eieren onder andere productievoorwaarden worden geproduceerd en, nu nog in beperkte mate, geëxporteerd naar Europa.
Nederlandse pluimveehouders hebben geïnvesteerd in moderne duurzame stallen voorzien van luchtwassers, ioniserende verlichting, daglicht, warmteterugwinning, overdekte uitloop en andere voorzieningen die het welzijn van de dieren, mens, omwonenden en natuur ten goede komen. Daarbij wordt de mest voor 93% verwerkt (of geëxporteerd). Maar deze duurzame stallen kunnen niet optimaal worden benut omdat pluimveerechten inmiddels voor € 13,- per eenheid worden verhandeld, als er al sprake is van handel. Want doordat er in de gehele dierlijke sector onduidelijkheid is over de toekomst, worden pluimveerechten opgekocht of vastgehouden. Onder andere bij bedrijfsoverdracht zijn dit kosten die kostprijsverhogend werken en concurrerend produceren voor de wereldmarkt enorm belemmeren. Voor de Nederlandse pluimveehouders gelden andere regels dan in werelddelen waar de EU een associatie- of vrijhandelsverdrag (zoals TTIP) mee wil sluiten. Daarentegen is het niveau van voedselveiligheid, diergezondheid en daarmee ook volksgezondheid nergens zo hoog als in Nederland. Maar deze wezenlijke dierhouderij-aspecten lijken in de vrijhandelsdiscussies niet of nauwelijks een rol te spelen.
De markt bepaalt
De NVP is van mening dat boeren bij Nederland horen. Mondiaal stijgt de vraag naar hoogwaardige dierlijke eiwitten en met de kennis en vakmanschap in Nederland willen de Nederlandse pluimveehouders daar hun bijdrage aan leveren. Zij komen graag tegemoet aan maatschappelijke en consumentenwensen, mits dit een economisch haalbaar perspectief voor hen biedt. Dit geldt ook ten aanzien van dierenwelzijn, zoals trager groeiende rassen, minder dieren per m2, etc.
De zogenaamde ‘Kip van Morgen’ heeft het daglicht nooit gezien door een vernietigend oordeel van de Autoriteit Consument en Markt (ACM), maar als we niet uitkijken, komt er op een morgen helemaal geen kip meer uit Nederland. Dan resteert bestaansrecht voor een klein aantal pluimveehouders met bepaalde markconcepten die zich onderscheiden van de generieke bulkproductie uit landen als Oekraïne. Maar dat is slechts voor die consumenten die voor vers vlees kiezen waar geen vrijhandelsluchtje aan zit.
Vanuit de hele wereld worden pluimveekennis, -kunde en -technologieën uit Nederland geïmporteerd. Maar zonder een vitale pluimveesector kan Nederland deze verantwoordelijke rol niet meer vervullen en daar zal geen kip ter wereld een beter leven door krijgen. Dierenwelzijnsactivisten zouden zich dit ook moeten realiseren. Door hier de pluimveehouderij onmogelijk te maken, wordt mondiaal gezien geen van hun doelen behaald.
Duidelijkheid en daden
De Nederlandse Vakbond Pluimveehouders (NVP) wil op korte termijn duidelijkheid van staatssecretaris Dijksma over haar toekomstbeeld en –beleid voor de Nederlandse pluimveesector. Kamerleden worden geïnformeerd over de groeiende onrust in de pluimveesector en zullen worden opgeroepen hier Kamervragen over te gaan stellen.
Meer informatie
Nederlandse Vakbond Pluimveehouders
T.: +31 (0)342 465008
E.: info@nvpluimveehouders.nl
W.: www.nvpluimveehouders.nl