De uitscheiding van stikstof in dierlijke mest bedroeg 489 miljoen kilogram in 2020. Dat is vrijwel gelijk aan het cijfer van een jaar eerder (490 miljoen kilogram) en 3,0 procent onder het stikstofplafond dat de Europese Unie heeft vastgesteld voor de Nederlandse veestapel. De fosfaatuitscheiding bedroeg 151 miljoen kilogram in 2020. Dat is 3,1 procent minder dan in 2019 en onder het fosfaatplafond. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers.
Stikstofuitscheiding in dierlijke mest
In 2020 kwam de stikstofuitscheiding in de mest van koeien, varkens, kippen en ander vee uit op 489,4 miljoen kilogram. Dat is 15 miljoen kilogram onder het vastgestelde stikstofplafond van 504,4 miljoen kilogram. Het is voor het derde achtereenvolgende jaar dat de stikstofuitscheiding onder het productieplafond ligt.
Fosfaatuitscheiding in dierlijke mest
De fosfaatuitscheiding daalde vorig jaar met 4,8 miljoen kilogram naar 150,7 miljoen kilogram. De uitscheiding ligt daarmee onder het plafond van 172,9 miljoen kilogram.
Lagere stikstof- en fosfaatuitscheiding door pluimvee
In de pluimveesector daalde de stikstofuitscheiding met 2,4 procent en de fosfaatuitscheiding met 4,1 procent. De stikstofuitscheiding bedroeg vorig jaar 55,5 miljoen kilogram, de fosfaatuitscheiding 24,7 miljoen kilogram, onder de productieplafonds van 60,3 miljoen kilogram voor stikstof en 27,4 miljoen kilogram voor fosfaat.
De stikstofuitscheiding van overige dieren zoals paarden, pony’s, schapen, geiten, pelsdieren en konijnen nam in 2020 af met 1,5 miljoen kilogram (4,0 procent) tot 22,8 miljoen kilogram door een afname van het aantal schapen en nertsen. In de berekening van de mestproductie door nertsen is rekening gehouden met de ruimingen als gevolg van coronabesmettingen.
Bron: CBS