Er is interesse onder boeren voor agrarisch natuurbeheer, waarbij landbouw gecombineerd wordt met natuurbehoud. Het grootste struikelblok op dit moment is de financiering. Ondanks de groeiende vraag naar deze duurzame vorm van landbouw, blijft het budget achter. Volgens voorzitter van BoerenNatuur Marije Klever kan agrarisch natuurbeheer ook een bijdrage leveren aan stikstof, biodiversiteitsverlies, waterkwaliteit en het toekomstperspectief voor boeren. Dit blijkt uit Vroege Vogels van BNNVARA.
Marije Klever (BoerenNatuur) bij Vroege Vogels
In Vroege Vogels wordt het gesprek aangegaan met Marije Klever de nieuwe voorzitter van BoerenNatuur, de landelijke organisatie van de 40 regionale agrarische collectieven. Met behulp van deze collectieven wordt het voor de boer mogelijk om aanspraak te maken op de subsidie voor het uitvoeren van het Agrarisch Natuur- en Landschapbeheer (ANLb). Dit kan bijvoorbeeld ingezet worden voor het beheren van heggen en akkerranden of weidevogelvriendelijk maaien.
“Ik merk bij veel boeren een enorme drive om mee te doen. Ik roep de nieuwe regering op deze boeren een kans te geven.”
Ruim één op de vijf boeren in Nederland krijgt subsidie. Dit komt overeen met zo’n twaalfduizend bedrijven. “Desalniettemin wordt het ANLb slechts op zes proces van de totale landbouwgrond in Nederland uitgevoerd.”
Het animo voor agrarische natuurbeheer is er wel
“Er is veel animo voor agrarisch natuur- en landschapsbeheer; we hebben zelfs wachtlijsten. Helaas kan niet elke boer die mee wil doen dat ook doen”, vertelt Klever. Het loopt vast op de financiering. “Boeren kunnen niet de misgelopen inkomsten en gemaakte kosten uit eigen zak betalen. Als samenleving willen we een gezonde leefomgeving. De boeren die daaraan bijdragen, leveren waardevolle maatschappelijke diensten. Daar moeten ze dan ook eerlijk voor beloond worden. Aangezien de markt daar niet in voorziet, moeten deze publieke diensten met publiek geld betaald worden.”
Klever schat op basis van de wachtlijsten dat ze in ieder geval 15 procent aan extra beheer zouden kunnen doen. “Maar dat is zonder dat we boeren actief benaderen. Dat kunnen we gaan doen wanneer er meer gebieden voor ANLb worden aangewezen en er extra budget komt.”
Wat is het effect van het agrarisch natuurbeheer?
Onderzoekers van Wageningen University and Research (WUR) schreven in een tussenevaluatie van het ANLb in 2021: “Voor het stoppen van de achteruitgang van boerenlandvogels is meer nodig dan alleen het ANLb. De kwaliteit die het leefgebied van boerenlandvogels vereist, staat op dit moment te ver af van de kwaliteit van het gebied bij regulier agrarisch gebruik. En die afstand is de afgelopen decennia enorm gegroeid.”
De onderzoekers vervolgen: “Om die kloof te overbruggen en de kritische soorten te behouden, zijn er grote aaneengesloten kerngebieden nodig met extensief beheerd grasland met een beperkte mestgift en een permanent hoge waterstand. Dergelijke ingrijpende aanpassingen kunnen niet verwacht worden van boeren op basis van een vrijwillig stelsel met vergoedingen voor inkomstenderving per hectare en kortlopende contracten.”
Klever vertelt: “Vaak maken boeren op het ANLb nog steeds verlies. Percelen die niet erg winstgevend zijn daarom vaak de enige die opgenomen worden in het ANLb. Wanneer de vergoeding per hectare hoger wordt, kunnen ook de meer winstgevende percelen natuurvriendelijk beheerd worden.”
De volgende stap ligt bij de nieuwe regering
Klever is voorzichtig optimistisch over de plannen van het nieuwe kabinet: “Het is bemoedigend dat in het hoofdlijnenakkoord jaarlijks 500 miljoen wordt gereserveerd voor agrarisch natuurbeheer. Dit laat zien dat er duidelijk momentum is voor deze manier van landbouw. Hoewel we denken dat een half miljard niet voldoende is, zou het budget eigenlijk minstens verdubbeld moeten worden. Op die manier kunnen alle boeren deelnemen, wat bijdraagt aan diverse belangrijke maatschappelijke doelen, zoals een duurzame voedselproductie.”
Roy Meijer, voorzitter van het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt, erkent eveneens het belang van ANLb: “Als samenleving hebben we verwachtingen van de landbouw. De markt biedt op sommige punten oplossingen, maar bij groenblauwe diensten, zoals natuur- en milieubeheer, blijft de markt achter. Hier moet de overheid bijspringen, en subsidies kunnen daarbij helpen. De ANLb-subsidie is essentieel om de uitdagingen in de landbouw aan te pakken. Bovendien zie ik BoerenNatuur als de organisatie die het budget efficiënt kan toewijzen.”
Deze zomer ligt de taak bij minister Wiersma om de landbouwplannen uit het hoofdlijnenakkoord verder uit te werken in het regeerakkoord. “Ik verwacht dat ze vooral zal inzetten op de bestaanszekerheid van boeren,” zegt Klever. “Op dat punt kunnen we elkaar zeker vinden. Door agrarisch natuur- en landschapsbeheer te versterken, creëren we niet alleen een solide inkomen voor boeren, maar werken we ook aan oplossingen voor klimaat, bodem, water, landschap en biodiversiteit.”
Bron: NPO Radio 1